Mijn zoon, indertijd tweeënhalf jaar, had grote belangstelling voor speelkaarten. Hij kende ze allemaal bij naam.
Op een dag stond hij achter een viertal fanatiek kaartspelende mannen op het Marktplein in Bergen op Zoom en bekeek geconcentreerd de kaarten in hun handen.
„Zo jochie, vind je dit interessant?”, vroeg de man achter wie hij stond. Waarop mijn zoon knikte en luid en duidelijk opdreunde: „Hartenaas, schoppenaas, schoppenboer, klavervrouw…” En ineens vond de man hem niet zo’n leuk jochie meer.
Oh, is dat zo gebeurd..ik geloof daar 3x niets van. als je de namen al kent weet je dat als er 1 ding geldt als je speelt is dat discretie bluf of wat dan ook. Dat breng je spelenderwijze bij. Niet zo.
Geen afzender, natuurlijk niet. Gans niet mijn stijl.
Verhaaltje kent alleen maar verliezers. Voor zo ver ik dat ….
Bij de Turkse slager, bij wie ik brood, jam en kip koop, hebben we vaak lol. Hij is trouwens ook de enige die soms de rekening naar beneden afrondt. Zaterdag moest ik even wachten voordat ik aan de beurt was, want hij stond een enorme bak met gehakt vol te malen. Ik laadde ondertussen de toonbank vol met waren om straks te kopen.
„Raak je dat vandaag nog allemaal kwijt?”, vroeg ik wijzend op de megabak gehakt.
„Alles voor jou!”, grapte de slager.
Eenmaal aan de beurt wees ik voor de gein op de volle bak gehakt in de vitrine: „Die hele bak graag…”
Zonder blikken of blozen antwoordde hij: „Meenemen of hier opeten?”
We zijn een weekendje weg met de auto en de kinderen vermaken zich met puzzelen op de achterbank.
Mijn dochter vraagt: „Mam, wat hoort er bij Adam?”, en legt daarbij de klemtoon op ‘dam’. „Rotterdam?” Ik help haar op weg en vertel over de eerste mensen op aarde. Maar nog steeds vragende blikken.
Ik zeg: „Je weet wel, de allereerste vrouw die er was, in die tuin, en die stiekem een appel opat.” Glunderend roept mijn zoontje: „Ik weet het: Sneeuwwitje!”
Ja, schitterend. ’n Open eind ikje. Wat hebben we toen gedaan? Het frame van de eenvoudige speelse opvoeding…….De komende uren sprookjes vertellen? Wie gaat ’t doen? Doe jij ’t maar. Ik? Ik moet ’t altijd doen?
Met mijn honden loop ik in het park. Het is druk en het lijkt wel of iedereen naar zijn telefoonschermpje zit te staren. Ik snap het niet en het stoort me eigenlijk een beetje.
Ik hoor een kind tegen zijn moeder zeggen: „Mama, er is een Meowth in de buurt, die moet ik vangen.” Meowth?! Ik kijk om mij heen en zie niets. Ik hoor ook andere onbegrijpelijke namen, zoals „Snorlax”.
Drie dagen later loop ik weer in het park en weer kijkt iedereen naar zijn telefoon. Nu heb ik er genoeg van. „Snorlax, vijf straten verderop, bij de vijver!”, roep ik hard. Een mensenmassa rent naar de vijver en binnen een paar seconden is het park leeg.
Makkelijk te vangen die luie pokemon trainen ontwikkelen en aanvallen..snorlax is een van de sterkste .je moet wel wat moeite doen voor die dikke grijze beer
Ik had verwacht ’n hartverscheurend pleidooi ten behoeve van “het ontgroenen” te lezen.
Alas er worden meer lezertjes bereiklt met Pokemon “ikjes” Het zij zo.
Het is de eerste les van het Kinderschrijfatelier, niemand kent elkaar nog.
Als kennismakingsopdracht vraag ik de kinderen een rebus te maken van hun naam.
Daar is Niels (10) gauw mee klaar.
Hij levert een vrijwel leeg blaadje bij me in, zonder tekening.
Onderaan staat alleen: T = L.
Arme kinderen, moeten die niet buitenspelen ofzo? Zouden ze ook Ik-jes moeten schrijven?
De pointe heeft iets gedachts, zoals dat broodje-aapverhaal over de jongen die een leeg blaadje inleverde als opstel over het thema ‘Lef’ en een tien kreeg (wat trouwens verkeerd is, het had een een -zegge: een- moeten zijn).
Eindoordeel: (zegge: )
Op tafel ligt een stapel kinderboeken. De drie dochters kijken welke boeken ze willen bewaren en welke naar de kringloopwinkel gebracht mogen worden. Voor de boeken van Nijntje voelt ook de jongste dochter (7 jaar) zich inmiddels te groot. Zo dreigen Nijntje in de dierentuin en Nijntje op de fiets, exemplaren uit hun moeders kindertijd, door de dochters naar de stapel voor de kringloop te worden verwezen.
Dat kan moeder niet zomaar laten gebeuren, ze grijpt in: „De Nijntje-boeken moet je bewaren voor later, die zijn leuk voor jullie kinderen.”
De oudste dochter reageert zoals een puber dat doet: „Wat nou als ik geen kinderen wil?”
Even blijft het stil. Dan zegt de middelste dochter: „Nou, dan geef je ze toch aan je kleinkinderen?!”
Kaartspel
Mijn zoon, indertijd tweeënhalf jaar, had grote belangstelling voor speelkaarten. Hij kende ze allemaal bij naam.
Op een dag stond hij achter een viertal fanatiek kaartspelende mannen op het Marktplein in Bergen op Zoom en bekeek geconcentreerd de kaarten in hun handen.
„Zo jochie, vind je dit interessant?”, vroeg de man achter wie hij stond. Waarop mijn zoon knikte en luid en duidelijk opdreunde: „Hartenaas, schoppenaas, schoppenboer, klavervrouw…” En ineens vond de man hem niet zo’n leuk jochie meer.
LikeLike
Eèèèn jammer weer van die laatste zin.
LikeLike
Zonde….
LikeLike
Het zoontje stond achter een viertal kaartspelende mannen? Dat roept dan toch de vraag op: tegen wie speelde dat viertal?
LikeLike
Wat denk je zelf Henk
LikeLike
Oh, is dat zo gebeurd..ik geloof daar 3x niets van. als je de namen al kent weet je dat als er 1 ding geldt als je speelt is dat discretie bluf of wat dan ook. Dat breng je spelenderwijze bij. Niet zo.
Geen afzender, natuurlijk niet. Gans niet mijn stijl.
Verhaaltje kent alleen maar verliezers. Voor zo ver ik dat ….
High five.
LikeLike
Bak gehakt
Bij de Turkse slager, bij wie ik brood, jam en kip koop, hebben we vaak lol. Hij is trouwens ook de enige die soms de rekening naar beneden afrondt. Zaterdag moest ik even wachten voordat ik aan de beurt was, want hij stond een enorme bak met gehakt vol te malen. Ik laadde ondertussen de toonbank vol met waren om straks te kopen.
„Raak je dat vandaag nog allemaal kwijt?”, vroeg ik wijzend op de megabak gehakt.
„Alles voor jou!”, grapte de slager.
Eenmaal aan de beurt wees ik voor de gein op de volle bak gehakt in de vitrine: „Die hele bak graag…”
Zonder blikken of blozen antwoordde hij: „Meenemen of hier opeten?”
LikeLike
Ga ballen draaien grapjas
LikeLike
Inpakken en wegwezen
LikeLike
Een Amsterdamse Turk, zeker?
LikeGeliked door 1 persoon
Adam & …
We zijn een weekendje weg met de auto en de kinderen vermaken zich met puzzelen op de achterbank.
Mijn dochter vraagt: „Mam, wat hoort er bij Adam?”, en legt daarbij de klemtoon op ‘dam’. „Rotterdam?” Ik help haar op weg en vertel over de eerste mensen op aarde. Maar nog steeds vragende blikken.
Ik zeg: „Je weet wel, de allereerste vrouw die er was, in die tuin, en die stiekem een appel opat.” Glunderend roept mijn zoontje: „Ik weet het: Sneeuwwitje!”
LikeLike
Ja, schitterend. ’n Open eind ikje. Wat hebben we toen gedaan? Het frame van de eenvoudige speelse opvoeding…….De komende uren sprookjes vertellen? Wie gaat ’t doen? Doe jij ’t maar. Ik? Ik moet ’t altijd doen?
LikeLike
Snorlax
Met mijn honden loop ik in het park. Het is druk en het lijkt wel of iedereen naar zijn telefoonschermpje zit te staren. Ik snap het niet en het stoort me eigenlijk een beetje.
Ik hoor een kind tegen zijn moeder zeggen: „Mama, er is een Meowth in de buurt, die moet ik vangen.” Meowth?! Ik kijk om mij heen en zie niets. Ik hoor ook andere onbegrijpelijke namen, zoals „Snorlax”.
Drie dagen later loop ik weer in het park en weer kijkt iedereen naar zijn telefoon. Nu heb ik er genoeg van. „Snorlax, vijf straten verderop, bij de vijver!”, roep ik hard. Een mensenmassa rent naar de vijver en binnen een paar seconden is het park leeg.
LikeLike
Makkelijk te vangen die luie pokemon trainen ontwikkelen en aanvallen..snorlax is een van de sterkste .je moet wel wat moeite doen voor die dikke grijze beer
LikeLike
Ik had verwacht ’n hartverscheurend pleidooi ten behoeve van “het ontgroenen” te lezen.
Alas er worden meer lezertjes bereiklt met Pokemon “ikjes” Het zij zo.
LikeLike
Rebus
Het is de eerste les van het Kinderschrijfatelier, niemand kent elkaar nog.
Als kennismakingsopdracht vraag ik de kinderen een rebus te maken van hun naam.
Daar is Niels (10) gauw mee klaar.
Hij levert een vrijwel leeg blaadje bij me in, zonder tekening.
Onderaan staat alleen: T = L.
LikeLike
Nou kusje erop dan niels
LikeLike
En een streel over je wangetje de T doe ik bij M en wat komt daar dan uit
LikeLike
Arme kinderen, moeten die niet buitenspelen ofzo? Zouden ze ook Ik-jes moeten schrijven?
De pointe heeft iets gedachts, zoals dat broodje-aapverhaal over de jongen die een leeg blaadje inleverde als opstel over het thema ‘Lef’ en een tien kreeg (wat trouwens verkeerd is, het had een een -zegge: een- moeten zijn).
Eindoordeel: (zegge: )
LikeGeliked door 1 persoon
Nijntje for ever
Op tafel ligt een stapel kinderboeken. De drie dochters kijken welke boeken ze willen bewaren en welke naar de kringloopwinkel gebracht mogen worden. Voor de boeken van Nijntje voelt ook de jongste dochter (7 jaar) zich inmiddels te groot. Zo dreigen Nijntje in de dierentuin en Nijntje op de fiets, exemplaren uit hun moeders kindertijd, door de dochters naar de stapel voor de kringloop te worden verwezen.
Dat kan moeder niet zomaar laten gebeuren, ze grijpt in: „De Nijntje-boeken moet je bewaren voor later, die zijn leuk voor jullie kinderen.”
De oudste dochter reageert zoals een puber dat doet: „Wat nou als ik geen kinderen wil?”
Even blijft het stil. Dan zegt de middelste dochter: „Nou, dan geef je ze toch aan je kleinkinderen?!”
LikeLike
[…] Trackback: ikjes-wijkplaats-week-40 […]
LikeLike