Een vriendin en ik waren een stukje aan het varen. We hadden een superleuke middag gehad en wilden wel weer naar huis. We waren nog geen twee minuten op weg of de motor viel uit. Al snel lagen we in het riet. Na een tijdje kwam er een boot die ons wel een stukje wou slepen. We hadden een lijn vast, maar omdat we zo snel gingen was dat best zwaar. We kwamen niet meer bij. De vreemde vrouw maakte een foto van ons die we nooit meer terug hebben gezien. Waarschijnlijk staat-ie ergens op Facebook. Mijn buurmeisje lag op een ander eiland en kon ons wel naar huis slepen. Het was een bijzonder avontuur.
In de rij voor de kaaswinkel sta ik voor een bejaarde man. Een bekende van hem komt langsgelopen, en vertelt corona te hebben gehad, hij is goed hersteld. „Gelukkig”, zegt de man achter mij. „Alleen dat vaccineren, ik weet niet. Je weet niet wat ze in je spuiten!” De voorbijganger reageert in plat Rotterdams: „Pleur jij effe lekker op met je twijfels! Je zuipt al heel je leven. Alsof jij weet waar dat spul vandaan komt! Rot toch op joh, je steekt zo’n spuit in je poot en lult er niet meer over!” Met een ferme klap op de schouder eindigt het gesprek. De voorbijganger loopt door. Ik was getuige van de beste vaccinatiecampagne tot nu toe.
Gisteren hoorde ik een zware roker over vaccineren zeggen: ik moet dat chemische spul niet, alleen paracetamol. De tandarts gaf me laatst antibiotica mee, heb ik weggegooid.
Wij geven periodiek aan goede doelen. Geen grote bedragen, maar genoeg om ons geweten te sussen. We hebben er een hekel aan om door diezelfde goede doelen opgebeld te worden, voor nog wat extra’s. Bedelbellers noemen we de arme sloebers die daarvoor worden ingeschakeld.
Vanmorgen was het weer raak. Ik onderbrak de bedelbeller en zei dat we al genoeg gaven. „O nee!”, zei die, „u hoeft nu ook helemaal niks te geven!” Hij begon een lang verhaal over het goede doel dat eindigde met het verzoek het niet te vergeten als we ons testament gingen maken. En zei toen: „Dus dan merkt u er pas wat van als u dood bent!”
Ja, die verzekering kreeg ik ook. Mijn bedelbelster begon zeer zoetgevooisd met een compliment. Geweldig hoe ik al vele jaren het goede doel steunde. De hoogte van de bijdrage wist ze niet, ze had namelijk niets te maken met de financiën. Ze belde alleen maar om eens te vragen hoe het met me ging, in deze moeilijke tijden.
Mijn eerste bedelbeller en hopelijk ook de laatste. Dat het wel degelijk om geld ging was me meteen duidelijk maar je voelt je desondanks genaaid.
Bij het aankleden zit mijn lange haar in de weg en ik knoop het vast in een lage paardenstaart.
Rood is de haarkleur. Al fietsend ga ik naar een afspraak en er komt een Surinaamse man naast mij rijden. Hij zegt: „Meisje er ligt een dode vos in je nek.”
Hij fietst verder, kijkt om en zegt ook nog: „typisch Hollands.”
Ik heb alle varianten over mijn haarkleur gehoord, deze was nieuw en goed voor een hele dag lol.
Met verbazing zie ik hoe onze grootgrutters uitpakken met reclame in deze Sinterklaastijd.
Ik zie weer voor me hoe we járen geleden voor onze zwartwit-televisie uitkeken naar een van de eerste reclames in ons land: op een bibberend beeld verschenen drie flessen frisdrank en op de achtergrond schreeuwden meerdere mensen hard „Herschi!!!”
Varen
Een vriendin en ik waren een stukje aan het varen. We hadden een superleuke middag gehad en wilden wel weer naar huis. We waren nog geen twee minuten op weg of de motor viel uit. Al snel lagen we in het riet. Na een tijdje kwam er een boot die ons wel een stukje wou slepen. We hadden een lijn vast, maar omdat we zo snel gingen was dat best zwaar. We kwamen niet meer bij. De vreemde vrouw maakte een foto van ons die we nooit meer terug hebben gezien. Waarschijnlijk staat-ie ergens op Facebook. Mijn buurmeisje lag op een ander eiland en kon ons wel naar huis slepen. Het was een bijzonder avontuur.
Lysan Wentzel
LikeLike
Ach toch!
LikeGeliked door 1 persoon
Mens
Mijn vader komt thuis en ik doe mijn beklag over mijn moeder: „Ik mag niks van dat mens.”
Mijn vader reageert als door een wesp gestoken: „Je moeder is geen mens!”
Michel Wesseling
LikeLike
Aha, we krijgen een week lang puberikjes.
LikeLike
Vaccinatie
In de rij voor de kaaswinkel sta ik voor een bejaarde man. Een bekende van hem komt langsgelopen, en vertelt corona te hebben gehad, hij is goed hersteld. „Gelukkig”, zegt de man achter mij. „Alleen dat vaccineren, ik weet niet. Je weet niet wat ze in je spuiten!” De voorbijganger reageert in plat Rotterdams: „Pleur jij effe lekker op met je twijfels! Je zuipt al heel je leven. Alsof jij weet waar dat spul vandaan komt! Rot toch op joh, je steekt zo’n spuit in je poot en lult er niet meer over!” Met een ferme klap op de schouder eindigt het gesprek. De voorbijganger loopt door. Ik was getuige van de beste vaccinatiecampagne tot nu toe.
Marlou Dorgelo
LikeLike
Hij zou zijn tekst naar Rutte moeten sturen.
LikeLike
Gisteren hoorde ik een zware roker over vaccineren zeggen: ik moet dat chemische spul niet, alleen paracetamol. De tandarts gaf me laatst antibiotica mee, heb ik weggegooid.
LikeLike
En hij leefde nog?
LikeGeliked door 1 persoon
Ja, hij leefde nog kort en gelukkig.
LikeLike
Bedelbeller
Wij geven periodiek aan goede doelen. Geen grote bedragen, maar genoeg om ons geweten te sussen. We hebben er een hekel aan om door diezelfde goede doelen opgebeld te worden, voor nog wat extra’s. Bedelbellers noemen we de arme sloebers die daarvoor worden ingeschakeld.
Vanmorgen was het weer raak. Ik onderbrak de bedelbeller en zei dat we al genoeg gaven. „O nee!”, zei die, „u hoeft nu ook helemaal niks te geven!” Hij begon een lang verhaal over het goede doel dat eindigde met het verzoek het niet te vergeten als we ons testament gingen maken. En zei toen: „Dus dan merkt u er pas wat van als u dood bent!”
Martin van der Jagt
LikeLike
Ja, die verzekering kreeg ik ook. Mijn bedelbelster begon zeer zoetgevooisd met een compliment. Geweldig hoe ik al vele jaren het goede doel steunde. De hoogte van de bijdrage wist ze niet, ze had namelijk niets te maken met de financiën. Ze belde alleen maar om eens te vragen hoe het met me ging, in deze moeilijke tijden.
Mijn eerste bedelbeller en hopelijk ook de laatste. Dat het wel degelijk om geld ging was me meteen duidelijk maar je voelt je desondanks genaaid.
LikeGeliked door 1 persoon
Rood
Bij het aankleden zit mijn lange haar in de weg en ik knoop het vast in een lage paardenstaart.
Rood is de haarkleur. Al fietsend ga ik naar een afspraak en er komt een Surinaamse man naast mij rijden. Hij zegt: „Meisje er ligt een dode vos in je nek.”
Hij fietst verder, kijkt om en zegt ook nog: „typisch Hollands.”
Ik heb alle varianten over mijn haarkleur gehoord, deze was nieuw en goed voor een hele dag lol.
Willemien Westenenk
LikeLike
Vroeger droegen dames vossen om hun nek.
LikeLike
LikeLike
Hoop wel dat dit een nepper is!
LikeLike
Ik ook.
LikeGeliked door 1 persoon
Reclame
Met verbazing zie ik hoe onze grootgrutters uitpakken met reclame in deze Sinterklaastijd.
Ik zie weer voor me hoe we járen geleden voor onze zwartwit-televisie uitkeken naar een van de eerste reclames in ons land: op een bibberend beeld verschenen drie flessen frisdrank en op de achtergrond schreeuwden meerdere mensen hard „Herschi!!!”
En dat was het dan.
Trudi Laan
LikeLike
LikeLike