Als vrijwilliger bij het plaatselijke dierenasiel zorg ik geregeld voor de katten. Kattenbakken legen, etensbakjes afwassen, en natuurlijk veel aaien en bemoedigend toespreken. Vandaag lukt het een grote, gespierde kater onverwacht zich listig langs mij heen te wringen als ik zijn deurtje op een kier heb staan. Hij draaft de afdeling op en klimt direct boven op een dakbalk waar ik hem niet meer te pakken kan krijgen. Vanaf die positie kijkt hij tevreden knipogend naar beneden. Dit is me nog nooit gebeurd. Ik bestudeer het dossier bij zijn hok om te kijken hoe hij heet, zodat ik de vaste medewerker kan waarschuwen. Ik lees: zwart-witte kater, ongeveer twee jaar oud, naam: Houdini.
Mijn zus voedt haar kinderen op met veel aandacht voor gezonde voeding en een bewuste levensstijl. Als haar zoon een jaar of zes is, realiseert ze zich dat het tijd wordt om het eens te hebben over de gevaren die in de buitenwereld loeren. Ze besluit tot een open vraag. „Als een onbekende meneer je zou vragen of je een snoepje wilt. Wat zeg je dan?” Hij peinst even en antwoordt: „Zit er suiker in?”
Op zondagochtend zit ik met hooguit vijftien andere kerkgangers in een kerkje in Duitsland. De dominee, een gastpredikant uit een naburige plaats, spreekt over gastvrijheid tegenover asielzoekers. Een oudere dame schudt krachtig met haar hoofd. De dominee richt zich tot haar en zegt strijdlustig: „U mag dan wel protesteren, maar de Bijbeltekst van vanochtend laat mij geen andere uitleg toe.” De dame steekt haar hand op en zegt: „Herr Pfarrer, ik schud geen nee. Ik heb de ziekte van Parkinson.”
Tijdens het avondeten boksen zoon en dochter tegen elkaar op in het benoemen van écht vieze dingen. Na een reeks smerigheden komt dochterlief met de uitsmijter: „Weet je wat pas echt vies is? Als de assistente van de ortho haar borsten op mijn voorhoofd legt terwijl ze aan mijn beugel pulkt.” Ik walg. Mijn man fronst een wenkbrauw.
Kleindochter Kiki (6) is erg onder de indruk van het overlijden van mijn schoonzus. Kort daarna wordt in haar klas, in de aanloop naar het paasfeest, het lijdensverhaal verteld. Met een bibberende stem zegt ze: „Eerst ging tante Cobie dood, en nu is Jezus óók al dood.”
Maandagavond. Ik kan in de supermarkt de bonus-shampoo die ik voor mijn dochter op kamers moet kopen niet vinden en bel haar even. „Mam! Nu niet! Ik zit midden in Game of Thrones!” Tijdenlang heeft zij zich verheugd op dit laatste seizoen. Ik heb half meegekeken en het artikel GOT voor dummies in NRC gelezen zodat ik een beetje met mijn kinderen kan meepraten. Later die avond komt er op de familie-app een bericht binnen dat ik vluchtig lees: „GOT was leip” en „hele Notre-Dame in de fik”. Gek denk ik – nooit iets gezien van de Notre-Dame in GOT. Ik bedenk me moedeloos dat het hoog tijd wordt te stoppen met proberen deze serie bij te benen.
Goochelaar
Als vrijwilliger bij het plaatselijke dierenasiel zorg ik geregeld voor de katten. Kattenbakken legen, etensbakjes afwassen, en natuurlijk veel aaien en bemoedigend toespreken. Vandaag lukt het een grote, gespierde kater onverwacht zich listig langs mij heen te wringen als ik zijn deurtje op een kier heb staan. Hij draaft de afdeling op en klimt direct boven op een dakbalk waar ik hem niet meer te pakken kan krijgen. Vanaf die positie kijkt hij tevreden knipogend naar beneden. Dit is me nog nooit gebeurd. Ik bestudeer het dossier bij zijn hok om te kijken hoe hij heet, zodat ik de vaste medewerker kan waarschuwen. Ik lees: zwart-witte kater, ongeveer twee jaar oud, naam: Houdini.
Trees Roose
LikeLike
Tja, wat wil je dan.
LikeLike
Gevaar
Mijn zus voedt haar kinderen op met veel aandacht voor gezonde voeding en een bewuste levensstijl. Als haar zoon een jaar of zes is, realiseert ze zich dat het tijd wordt om het eens te hebben over de gevaren die in de buitenwereld loeren. Ze besluit tot een open vraag. „Als een onbekende meneer je zou vragen of je een snoepje wilt. Wat zeg je dan?” Hij peinst even en antwoordt: „Zit er suiker in?”
José van Os
LikeLike
Pas als hij een jaar of zes is?
LikeLike
Wat zeg je dan?” Hij peinst even en antwoordt: „Mag ik dan wel eerst je piemel zien?”
Was ooit een grap van Freek de Jonge…
LikeLike
Hahaha! Ja, die heb ik geloof ik wel eens gehoord.
LikeLike
Ja schudden
Op zondagochtend zit ik met hooguit vijftien andere kerkgangers in een kerkje in Duitsland. De dominee, een gastpredikant uit een naburige plaats, spreekt over gastvrijheid tegenover asielzoekers. Een oudere dame schudt krachtig met haar hoofd. De dominee richt zich tot haar en zegt strijdlustig: „U mag dan wel protesteren, maar de Bijbeltekst van vanochtend laat mij geen andere uitleg toe.” De dame steekt haar hand op en zegt: „Herr Pfarrer, ik schud geen nee. Ik heb de ziekte van Parkinson.”
Theo Boer
LikeLike
Hm. Is dit verzonnen? Schudde de dame niet met haar hoofd voordat de asielzoekers ter sprake kwamen?
LikeLike
Vies
Tijdens het avondeten boksen zoon en dochter tegen elkaar op in het benoemen van écht vieze dingen. Na een reeks smerigheden komt dochterlief met de uitsmijter: „Weet je wat pas echt vies is? Als de assistente van de ortho haar borsten op mijn voorhoofd legt terwijl ze aan mijn beugel pulkt.” Ik walg. Mijn man fronst een wenkbrauw.
Hanneke de Bruin
LikeLike
Een wenkbrauw fronsen – hoe doe je dat? En doet pa dat omdat hij overweegt naar de ortho van zijn dochter over te stappen?
LikeLike
Misschien denkt pa aan een #Metoo gevalletje?
LikeLike
Is dat niet een wenkbrauw optrekken? Ik dacht dat fronsen het samentrekken van wenkbrauwen is, om boos te kijken oid.
LikeLike
Luvienna! 😆 😆
LikeGeliked door 1 persoon
Misschien heb je gelijk maar ik vind bij fronsen alleen maar dit soort animated gifs:

LikeLike
Misschien heb ik er dan een verkeerd beeld bij.
LikeLike
Ook dit nog
Kleindochter Kiki (6) is erg onder de indruk van het overlijden van mijn schoonzus. Kort daarna wordt in haar klas, in de aanloop naar het paasfeest, het lijdensverhaal verteld. Met een bibberende stem zegt ze: „Eerst ging tante Cobie dood, en nu is Jezus óók al dood.”
Rietje Dumas
LikeLike
Leip
Maandagavond. Ik kan in de supermarkt de bonus-shampoo die ik voor mijn dochter op kamers moet kopen niet vinden en bel haar even. „Mam! Nu niet! Ik zit midden in Game of Thrones!” Tijdenlang heeft zij zich verheugd op dit laatste seizoen. Ik heb half meegekeken en het artikel GOT voor dummies in NRC gelezen zodat ik een beetje met mijn kinderen kan meepraten. Later die avond komt er op de familie-app een bericht binnen dat ik vluchtig lees: „GOT was leip” en „hele Notre-Dame in de fik”. Gek denk ik – nooit iets gezien van de Notre-Dame in GOT. Ik bedenk me moedeloos dat het hoog tijd wordt te stoppen met proberen deze serie bij te benen.
Willemijn Tichelaar
LikeLike